Context studie
In 2018 testten Interza/Incovo en Mooimakers, via het proefproject ‘Anonieme locaties’, of de communicatie in de vorm van bermborden een positief effect heeft op de hoeveelheid zwerfvuil (en sluikstort). Ze onderzochten ook welke boodschap het meest effectief is. Het project spitste zich toe op plekken met weinig sociale controle en veel doorgaand verkeer.
Het effect van 3 types borden werd getest in 10 gemeentes: Zaventem, Steenokkerzeel, Kampenhout, Wezembeek-Oppem, Kraainem, Vilvoorde, Machelen, Meise, Zemst en Londerzeel.
Metingen
Hoe werden de metingen aangepakt?
Er werden 12 teststroken uitgekozen, verspreid over de 10 gemeentes. De teststroken werden geselecteerd naargelang de volgende criteria:
- Veel zwerfvuil
- Weinig bebouwing (veel anonimiteit)
- Veel doorgaand autoverkeer
- Geen/beperkte parkeermogelijkheid
- Geen straatvuilnisbakken
- Veiligheid en toegankelijkheid om berm op te ruimen
- Mogelijkheid tot plaatsen en zichtbaarheid van communicatieborden
Op deze 12 proefstroken werd het effect van drie verschillende communicatieboodschappen gemonitord op twee verschillende momenten gedurende 2018: het voorjaar en het najaar. Van de 12 proefstroken kregen 9 stroken één van de drie communicatieboodschappen (3x boodschap OGEN + 3x boodschap CAMERA + 3x boodschap VRIJWILLIGERS) toegewezen. De resterende 3 stroken deden dienst als controlestrook en kregen geen communicatiebord. Het doel van de controlestroken was om externe factoren die de hoeveelheid zwerfvuil beïnvloeden (zoals seizoen, weersomstandigheden…) zoveel mogelijk uit te schakelen.
De meetplanning voorjaar
Begin maart vond een eerste opruimactie van de teststroken plaats zodat de teststroken quasi volledig zwerfvuilvrij waren. Vervolgens werden (met telkens 3 weken tussen) 2 voormetingen uitgevoerd. Daags na de tweede voormeting werden de communicatieborden geplaatst (steeds in tweevoud, op een 50tal meter afstand). Vervolgens werden, ook om de drie weken, twee nametingen uitgevoerd. Tijdens de meetperioden worden eventuele evenementen die extra drukte zouden kunnen veroorzaken ook opgevolgd.
Meetmethodiek
De teststroken op elke locatie begonnen op ongeveer 15m vóór het eerste bermbord en bedragen zo’n 200m. Op meter 15 en meter 65 van de teststrook staan de bermborden. De breedte van het traject werd tijdens de eerste opruim vastgelegd en bevat zowel verharde delen (voet en fietspaden) als grasbermen. Er werd nooit opgeruimd in grachten. Tijdens de metingen wordt al het zwerfvuil van één locatie verzameld in een afvalzak. Deze wordt nadien opnieuw leeggemaakt en geteld per afvalsoort. Sigarettenpeuken werden enkel gemeten op verharde ondergrond. Elk stuk zwerfvuil telt als één stuk en 10 peuken tellen ook als één stuk. Indien voorwerpen niet meer volledig waren, werden de aparte stukken als één stuk geteld (een gebroken balpen telt dus als één stuk / sinaasappelschillen van één sinaasappel tellen als één stuk). Kleine sluikstorten worden meegenomen en grotere sluikstorten worden gemeld aan Interza/Incovo.
De volgende afvalsoorten werden gemeten:
- PMD
- Plastic verpakkingen
- Papier + karton
- Glas
- GTF + etensresten
- Peuken
- Grote stukken (autobanden, velgen e.d.)
- Andere
- Sluikstorten.
De meetmethodiek werd bijgesteld tijdens de tweede fase in het najaar. Uit de cijfers van het voorjaar bleek dat de aantallen van individuele afvalsoorten zo laag waren dat de afwijkingen van meting tot meting procentueel erg hoog lagen. Om statistisch meer robuuste cijfers te verkrijgen werd beslist in de tweede fase geen afvalsoorten meer te tellen en alleen tewerk op basis van de netheidsscore. Ook werd een extra nameting toegevoegd. In fase 1 zijn er 2 nametingen elke 3 weken. In fase 2 zijn er 3 nametingen elke 2 weken.
Resultaat
-
In zowel de 1ste als 2de proefperiode is er op bijna alle loopstroken een daling vast te stellen in het aantal stuks tussen de voormetingen en de nametingen. Er is 1 uitzondering in de 1ste meetperiode en 2 in de 2de. Het gaat hier over een locatie waar gedurende de meetperiode wegenwerken werden uitgevoerd.
-
Er is zowel een effect waar te nemen op de controlestroken als op de stroken met de 3 communicatieboodschappen. Het effect is groter bij elk van de drie communicatieboodschappen dan bij de controlestroken. Het effect vind je ook terug in beide meetperiodes. Het effect op de controlestroken is mogelijks te wijten aan een minder grondige meting doorheen de tijd, aan een verhoogde sociale controle door nabijgelegen borden of door weers- en seizoenseffecten.
-
Er is niet echt een verschil waarneembaar tussen de 3 types communicatieboodschappen. Het effect lijkt gelijkaardig te zijn voor de 3 types boodschappen. Randbemerkingen hierbij zijn dat de cameraboodschap mogelijk ongeloofwaardig wordt doordat er geen ondersteuning is door werkelijke camerabewaking. De boodschap met de vrijwilligers is volledig lifesize uitgesneden en daardoor wel duurder.
Er wordt voorzichtig geschat dat deze borden een daling van 20% van het zwerfvuil kunnen teweegbrengen op anonieme locaties met veel zwerfvuil tijdens de periode dat ze er staan!
Enkele aantekeningen bij de resultaten
-
Niet op alle teststroken waren de borden even zichtbaar. Dit kan een effect hebben op de resultaten
-
Er zit mogelijk variatie in de wijze waarop alle zwerfvuil elke keer werd opgeruimd. Zo is het mogelijk dat in de 1ste opruimronde niet alle geaccumuleerde zwerfvuil werd opgeruimd. In het begin van de zomer is het bovendien lastiger om te ruimen tussen het hoge gras.
-
Er gebeurden geen nametingen op het aantal stuks zwerfvuil nadat de borden zijn weggehaald.
Aandachtspunten
- Het bord met de cameraboodschap wordt op termijn mogelijk ongeloofwaardig, omdat er geen echte camerabewaking is.
- De boodschap met de vrijwilligers is volledig lifesize uitgesneden en heeft daardoor een hoge aanschafprijs.
Wens je een meer uitgebreide uitleg over deze case? Hieronder vind je de complete bespreking.
Bekijk het aanbod bermborden
Bestel nu zelf communicatieborden via onze webshop!