Hoe neem je de strijd tegen zwerfvuil en sluikstort op in je lokaal meerjarenplan?
Kenniswijzer > Zwerfvuil > Beleid > Hoe neem je de strijd tegen zwerfvuil en sluikstort op in je lokaal meerjarenplan?

Situatie 

Elke nieuwe beleidsperiode maak je als stad of gemeente werk van een meerjarenplan. In dit plan passen ook acties tegen zwerfvuil en sluikstort. Deze acties kan je plaatsen onder beleidsdoelstellingen die te maken hebben met duurzaamheid, milieu of een aangename leefomgeving. Met dit artikel wil Mooimakers je de nodige handvaten bieden om hiermee aan de slag te gaan. 

Aan de slag 

Waarom? 

In het Lokaal Materialenplan 2023-2030 staan er een aantal minimale beleidsacties rond zwerfvuil en sluikstort waar steden en gemeentes verplicht werk van moeten maken tijdens de volgende planperiode. De boodschap is dit zeker mee te nemen in je zwerfvuilbeleid. In het streven naar een propere omgeving, kan je ook altijd beroep doen op de ondersteuning en expertise van Mooimakers. 

Wat? 

De minimale beleidsacties in het Lokaal Materialenplan zijn de volgende: 

ACTIE 71  

  • Elk lokaal bestuur heeft een vuilnisbakkenplan tegen het einde van de planperiode of heeft het bestaande vuilnisbakkenplan geoptimaliseerd.   
  • Elk lokaal bestuur brengt zwerfvuil‐ en/of sluikstortgevoelige locaties (hotspots) in kaart en treft maatregelen om de problematiek op die locaties terug te dringen.  
  • Elk lokaal bestuur handhaaft effectief en efficiënt op zwerfvuil en sluikstorten via het GAS-reglement en/of artikel 12 van het Materialendecreet.  
  • Lokale besturen nemen in hun politiereglement de nodige bepalingen op om specifieke private actoren te verplichten afvalrecipiënten te plaatsen en het zwerfvuil in de omgeving van hun inrichting op te ruimen.  

Daarnaast bevat het Lokaal Materialenplan ook nog een aantal rapporteringsverplichtingen.  

  • ACTIE 69: Vanaf 2023 rapporteren de lokale besturen, de vijf Vlaamse provincies en de relevante Vlaamse overheidsinstanties jaarlijks aan de OVAM over de hoeveelheden zwerfvuil opgeruimd op de grond volgens de modaliteiten vastgelegd door de OVAM.  
  • ACTIE 70: De lokale besturen, de vijf Vlaamse provincies en de relevante Vlaamse overheidsagentschappen rapporteren gedurende de planperiode op aanvraag over de inzet van middelen en personeel en de daaraan verbonden kosten in het kader van het zwerfvuilbeleid.  

In hoofdstuk 10 staan er nog andere mogelijke acties, gebaseerd op het 6 pijlerbeleid van Mooimakers, die een plaats kunnen krijgen in je lokaal zwerfvuil- en sluikstortbeleid.  

  1. Preventie: afval voorkomen bv. inzetten op herbruikbaar  
  2. Infrastructuur: afvalrecipiënten zoals vuilnisbakken, peukenpalen, hondenpoepbuizen en een veegplan 
  3. Omgeving: onderhoud en verfraaiing van het openbaar domein  
  4. Sensibilisering en communicatie: bv. specifieke campagnes, communicatie op probleemlocaties, nudging  
  5. Participatie: bv. vrijwilligerswerking, opruimacties, educatie  
  6. Handhaving: bv. GAS-vaststellers, camera’s  

Uit deze verschillende acties wil Mooimakers nog graag het belang van ACTIE 62 aanstippen als basiselement in een zwerfvuil- en sluikstortbeleid. 

  • Actie 62: Lokale besturen en bovenlokale overheden zorgen voor een efficiënte en effectieve reiniging van het openbaar domein. Mooimakers ondersteunt lokale besturen en Vlaamse partners in het opstellen en optimaliseren van hun veeg- en opruimplan. 

Wie? 

De integrale aanpak van de zwerfvuil- en sluikstortproblematiek vraagt de inzet van een multidisciplinair team. Belangrijk is de juiste personen rond de tafel te brengen.  Profielen die een plek rond de tafel verdienen zijn de volgende: 

  • De milieudienst als trekker  
  • De technische en/of uitvoerende diensten met al hun kennis uit de praktijk  
  • De nieuwe schepen van milieu  
  • De mensen die met handhaving bezig zijn: GAS-vaststellers, politie voor acties rond handhaving op zwerfvuil/sluikstort  
  • De communicatiedienst voor communicatie-acties  

Om het thema van zwerfvuil en sluikstort actueel te houden, stel je best een werkgroep openbare netheid samen die regelmatig samenkomt. Een eerste agendapunt van deze werkgroep is de uitwerking van het plan van aanpak zwerfvuil en sluikstort of het bijsturen van het bestaande plan indien nodig. Deze groep kan dan de link maken met het meerjarenplan.     

Ga ook het gesprek aan met de afvalintercommunale over de bevoegdheden op het vlak van zwerfvuil en sluikstort. Wie kan welke rol opnemen en hoe werken jullie samen? Denk daarbij aan een logische taakverdeling met efficiëntiewinsten: wanneer is het een meerwaarde om bepaalde zaken op bovenlokaal niveau te organiseren? Bv. omwille van een aanpak die best de gemeentegrenzen overschrijdt, schaalvoordelen bij investeringen in veegmachines, logistieke uitdagingen zoals opruimmateriaal voor vrijwilligers…   

Hoe? 

Lokale vertaling 

Vertaal de verplichte en andere voorgestelde acties telkens naar je lokale situatie:  

  • Wat is relevant voor jullie gemeente?  
  • Hoe pak je de uitdagingen op vlak van zwerfvuil en sluikstort aan?  

Maak hierbij een onderscheid tussen de doelstellingen die gericht zijn op de aanpak van zwerfvuil enerzijds of sluikstort anderzijds (of beiden is soms ook mogelijk), aangezien ze meestal een verschillende aanpak vragen.  

Op basis van monitoring 

Meten is weten. Hoe meer je meet, hoe beter onderbouwd en aangepast aan de lokale context je acties zullen zijn. Maak dus zo veel mogelijk gebruik van data waar je al over beschikt die de lokale problematiek weergeven (gegevens uit rapporteringsverplichtingen of uit ondersteunende toepassingen, zoals bijv. Mijn Mooie Straat):   

  • Cijfers over hoeveelheden ingezameld zwerfvuil die je doorgaf aan de OVAM voor de IZAS-bevraging  
  • Metingen  
  • Meldingen van burgers  
  • Bevragingen zoals de gemeente- en stadsmonitor  
  • Input van je vrijwilligers die zwerfvuil opruimen  
  • Benchmarktool van de OVAM (link)  

Denk vooruit  

Hou in de mate van het mogelijke rekening met toekomstige ontwikkelingen op zowel Vlaams als lokaal niveau (bv. nieuwe wijken of de heraanleg van een plein), ook al zijn de details over de uitvoering nog niet beslist.  

Gefinancierd   

Nieuw is dat gemeenten in de toekomst jaarlijks een zwerfvuilvergoeding zullen ontvangen, gebaseerd op de kosten voor zwerfvuil die je als gemeente maakt. De timing en het bedrag zijn nog niet gekend, maar je kan hier alvast rekening mee houden en doelstellingen opnemen waarvoor deze zwerfvuilvergoeding gebruikt kan worden. Essentieel is dat je gemeente deze financiële middelen specifiek gebruikt voor de aanpak van zwerfvuil (bv. om te investeren in de aanpak van een bepaalde probleemlocatie fractie zoals peuken) en niet voor andere doelstellingen. Betrek dus ook je schepen van Milieu en de collega’s van Financiën zodra er meer duidelijkheid is zodat de zwerfvuilvergoeding ook wordt gekoppeld aan het zwerfvuilbeleid in de begroting.   

Gestoeld op kennis en expertise 

Maak gebruik van de expertise die Mooimakers ter beschikking stelt via de gratis opleidingen en infosessies en de Kenniswijzer. Hiermee stellen we heel wat goede praktijkvoorbeelden en mogelijke acties voor die je kan vertalen naar de problematiek in je eigen gemeente en brengen we je op de hoogte van nieuwe onderzoeksresultaten. 

Met ondersteuning 

Weet je niet waar te beginnen? Heb je nog hulp nodig om de prioriteiten helder te krijgen? Maak gebruik van het ondersteuningsaanbod van Mooimakers voor lokale besturen, zoals de Webwinkel, Mijn Mooie Straat, subsidies… om je acties mogelijk te maken.