6 pijlers zwerfvuilbeleid
Om de zwerfvuilproblematiek efficiënt en integraal aan te pakken is een samenspel vereist van verschillende acties die we kunnen onderbrengen in 6 pijlers.
1. Infrastructuur
De inrichting van de publieke ruimte, de plaatsing en proper houden van recipiënten (zoals vuilnisbakken, peuken- en hondenpoeprecipiënten), de organisatie van veegbeurten en opruimen van zwerfvuil.
- Surf naar onze kenniswijzer voor meer informatie over een vuilnisbakkenplan of de ideale vuilnisbak
- Surf naar onze kenniswijzer voor meer informatie over peuken- en hondenpoeprecipiënten
- Surf naar onze kenniswijzer voor praktijkvoorbeelden over gescheiden inzameling
2. Sensibilisering en communicatie
Communicatie en sensibiliseringsacties die tot een mentaliteitswijziging en gedragsverandering moet leiden en die duidelijk maakt dat afval achterlaten maatschappelijk onaanvaardbaar is. Voorbeelden: affiches, artikels in gemeentelijk infoblad, sensibilisatieborden op opgeruimde locaties …
- Surf naar onze webwinkel om te ontdekken, welk gratis communicatiemateriaal je kan bestellen.
- Je kan ook een koffer met opruimmateriaal uitlenen
- Surf naar onze kenniswijzer voor praktijkvoorbeelden van verschillende campagnes en voorbeeldartikels.
3. Omgeving
Omgevingselementen in de openbare ruimte hebben invloed op hoe mensen zich gedragen. Er zijn negatieve invloeden en positieve invloeden op de omgeving. Een vuile omgeving, trekt zo ook sneller ander vuil aan. Zorg dat de omgeving proper is, zodat deze niet zo snel zwerfvuil aantrekt.
Anders dan bij de pijler ‘infrastructuur’ gaat het hier niet over elementen zoals vuilnisbakken of veegplannen, maar wel over de materiële omgeving die zwerfvuilgedrag kan uitlokken of begunstigen: leegstand, verloedering, anonimiteit en allerhande vormen van schade en verwaarlozing. Elke gemeente heeft zogenaamde ‘icoonplaatsen’. Bijvoorbeeld het centrum, de stationsbuurt, toeristische trekpleisters … waar veel volk passeert. Deze icoonplaatsen beïnvloeden, in grote mate, de beeldvorming rond de staat van de openbare ruimte. Daarom krijgen deze plaatsen ook best prioriteit in het beleid rond openbare netheid.
Surf naar onze kenniswijzer voor meer informatie over de invloed van de omgeving op zwerfvuil en sluikstort.
4. Participatie
Het is een goed idee om buurtbewoners, vrijwilligers, verenigingen of andere burgerorganisaties aan te spreken op hun verantwoordelijkheid. Verder kan je initiatieven ontwikkelen die de betrokkenheid bij de publieke ruimte verhogen en mensen aansporen tot een actieve medewerking aan het realiseren én behouden van de netheid ervan. Een mooi voorbeeld hiervan is het meter- of peterschap. Deze initiatieven moeten het eigenaarschap van bewoners, handelaars en overheden op een bepaald deel van de openbare ruimte benadrukken of herbevestigen. Zo wordt voor passanten duidelijk dat de openbare ruimte wel degelijk ‘van iemand’ is. Dit kan bijvoorbeeld door buurtacties te organiseren, ambassadeurs te creëren, gepersonaliseerde affiches op te hangen of een soort van sociale controle te laten uitvoeren.
Hoe pak je het aan?
Als lokaal bestuur is het essentieel dat je de bevolking meekrijgt in de strijd tegen zwerfvuil en sluikstort, anders blijft het nooit lang proper. Er zijn verschillende mogelijkheden om de participatie te verhogen:
- Zet je eigen personeel in: zorg dat je personeel het goede voorbeeld geeft: dat ze hun afval zichtbaar in de vuilnisbak gooien of hun peuk in een peukenrecipiënt deponeren.
- Werk met jobstudenten: Jobstudenten die de mensen actief aanspreken en vragen om vijf minuten van hun tijd te wenden aan het rapen van zwerfvuil of wijzen op de regels rond afvalverzameling. Je kan ook jobstudenten inzetten om mee op te ruimen. Zichtbaar reinigen zorgt er voor dat mensen bewuster omgaan met hun afval.
- Faciliteer en stimuleer opruimacties van particulieren en groepen: Mooimakers stelde een opruimhandboek op met enkele nuttige tips. Opruimmateriaal is te bestellen via de webwinkel.
5. Handhaving
Handhaving is het sluitstuk van elk beleid. Zeker i.v.m. zwerfvuil is sociale controle door inwoners of andere betrokkenen zoals bijvoorbeeld gemeenschapswachten zeer belangrijk. Meer formele handhaving kan gebeuren door GAS-ambtenaren en politie en ook door toezicht door andere ambtenaren die betrokken zijn bij het beheer van de openbare ruimte.
- Surf naar onze kenniswijzer voor meer informatie over het handhavingsbeleid en -communicatie, camera-inzet, wetgeving en aanspreken.
6. Preventie
Inzetten op preventie doe je door ervoor te zorgen dat afval minder zwerfvuilgevoelig wordt en door de instroom van eenmalige wegwerpverpakkingen en andere afvalstoffen te verminderen. Je kan lokale actoren zoals o.a. horeca, handelaars, bedrijven, verenigingen, organisatoren van evenementen, maar ook individuele burgers stimuleren om te kiezen voor herbruikbaar materiaal en om afval te vermijden. Dit kan bv. via sensibilisering, lokale reglementen, labels of charters met regelgeving of engagementen rond afvalpreventie.